Weelderige natuur

Skópelos is een van de groenste eilanden in de Egeïsche Zee. Door natuurlijke bronnen is het eiland zeer vruchtbaar. Het landschap wordt gesierd door een breed scala aan bloemen, struiken, eiken- en fruitbomen. Ook leven er diverse diersoorten.

Pijnbomen en pruimen
De Aleppo-pijnboom valt het meeste op in de natuur van Skópelos. Doordat de zaden van deze soort niet met de wind worden meegevoerd, maar rondom de boom op de grond blijven liggen, zijn er door de jaren heen dichtbegroeide gebieden met Aleppo-pijnbomen ontstaan. Geschat wordt dat Skópelos tussen de vijf en tien miljoen van deze bomen telt.

Tijdens de seizoenen wordt het landschap van het eiland opgefleurd door een veelvoud aan bloemen, zoals amandelbloesem, narcissen, papavers, dwergcyclamen, fresia’s, aronskelken en orchideeën. In de zomer vullen onder andere de bougainville, jasmijn en hibiscus de straten van de dorpen met zoete aroma’s. De nectar van deze bloemen wordt op Skópelos verwerkt in honing. Het eiland kent een eigen productie die de laatste jaren is toegenomen. In de buurt van pijnboombossen en bepaalde kruiden of bloemen zal men dan ook regelmatig nestkasten tegenkomen.

Skópelos kent tevens een rijke fruitproductie. Sommige fruitsoorten, zoals de sinaasappel en citroen groeien er zelfs het hele jaar door. De pruim is een van de bekendste gewassen op het eiland. Bijzonder zijn de variëteiten die deze vrucht kent; de avgáto, een zoete pruim die wordt gebruikt in jam en desserts, de zure pruim, die tevens wordt gebruikt bij de bereiding van jam en tot slot de agen, een Franse variëteit. Tavernes op het eiland serveren traditionele gerechten met deze overheerlijke vruchten, hetzij gedroogd, bij een vleesgerecht, als likeur of als dessert na de maaltijd.

De traditionele gerechten van Skópelos zouden niet hetzelfde zijn zonder het gebruik van olijfolie. Ook hier speelt dit product een belangrijke rol in de keuken. In het landschap zijn dan ook vele olijfboomgaarden te vinden waar voornamelijk de Pelion-olijf groeit. Deze olijf is wat groter en ronder dan de bekende Kalamáta-olijf. Tussen november en januari verzamelt men de olijven die vervolgens in de fabriek in Skópelos-stad of Glóssa verwerkt worden. Bijzonder hierbij is dat men in plaats van twee persingen er maar een kent, waardoor het product niet vermengd wordt.

Vogels en geiten
Vanwege de weelderige begroeiing van het eiland Skópelos, kent het ook een verscheidenheid aan dieren. Zo is het eiland de thuisbasis voor enkele zoogdieren, waaronder boommarters, egels en vleermuizen. Ook reptielen als hagedissen en schildpadden zijn er te vinden. Daarnaast leven er op Skópelos zo’n zestig verschillende soorten vogels. In de havens en langs de kust zijn zilvermeeuwen, blauwe reigers, aalscholvers, geelpootmeeuwen en ijsvogels te zien. Veel voorkomende roofvogels zijn de Eleonora valk, de buizerd, torenvalk, diverse soorten adelaars en de Europese dwergooruil.

Op Skópelos leven bovendien schapen en geiten, die vroeger door de eerste kolonisten werden geïntroduceerd op het eiland. Door de jaren heen heeft het schapenras zich ontwikkeld tot een unieke soort. De geiten op Skópelos zijn familie van de wilde geit die leeft op Gioúra, een eilandje ten noordoosten van Alónissos. Van de melk van beide worden feta en andere soorten kaas gemaakt. De lokale feta wordt gebruikt als ingrediënt in de beroemde Skópelos kaastaart. Dit traditionele gerecht van filodeeg gevuld met de kaas wordt gebakken in olijfolie. De karakteristieke spiraalvorm is wat de taart zo onderscheidend maakt.